Bestaande kennis te weinig gebruikt

Ondanks innovaties boekt de zorg voor jeugd te weinig vooruitgang, doordat verbeteringen te versnipperd zijn en bestaande kennis weinig wordt gebruikt. Dat betoogde Tom van Yperen op 4 juni in zijn oratie als bijzonder hoogleraar 'Monitoring en innovatie zorg voor jeugd' aan de Rijksuniversiteit Groningen. Bron: Nederlands Jeugdinstituut; Rijksuniversiteit Groningen.

De zorg voor jeugd innoveert zich suf, maar boekt als sector te weinig vooruitgang. Initiatieven om de praktijk te verbeteren zijn te versnipperd, en veel bestaande kennis wordt weinig gebruikt. Omdat de monitoring op resultaten gebrekkig is, vallen succespraktijken en achterblijvende prestaties onvoldoende op. Met de komende transitie van de jeugdzorg naar de gemeenten bestaat het risico dat de versnippering in verbeterinitiatieven alleen maar toeneemt. Tegen deze achtergrond pleit Tom van Yperen voor een meet- en verbeterbeweging in de dagelijkse praktijk van de hulpverlening, de betrokken organisaties en het gemeentelijk jeugdbeleid. De verbetering kan ‘van onderop’ komen, vanuit de praktijk, maar remt de vooruitgang als het daartoe beperkt blijft. De echte vernieuwing schuilt in het formuleren van collectieve ambities, verbeteracties die gebaseerd zijn op nieuwe ideeën, praktijkervaring en landelijk beschikbare kennis over wat werkt en monitoring van de resultaten. De praktijkwerkers, hun organisaties en de gemeenten moeten daarvoor flink aan de slag. Lees meer.